Programmatoelichting Hermus dirigeert Strauss & Van Otterloo

Op deze pagina vind je informatie over het concert Hermus dirigeert Strauss & Van Otterloo. Dit is de vervanger van het programmaboekje dat je altijd bij concerten uitgereikt kreeg. Door de coronamaatregelen is het lastiger geworden om zo’n programmaboekje voor aanvang het concert uit te delen. Op deze manier krijg je toch achtergrondinformatie en de setlist van de te spelen werken en nummers. Leuk om nog eens na te lezen. Veel plezier bij Hermus dirigeert Strauss & Van Otterloo!

Strauss & Van Otterloo

Richard Strauss (1864-1949)
Serenade voor blazers (1881) & Metamorphosen, op. 142 (1945)

Richard Strauss werd beroemd met zijn bijna filmische symfonische gedichten over, onder anderen, Don Juan en Tijl Uilenspiegel. Later schakelde hij over naar even succesvolle (en soms gedurfde) opera´s, waarvan Der Rosenkavalier de bekendste werd. Maar de hier gespeelde stukken vallen daarbuiten. De Serenade voor blazers is een jeugdwerk uit zijn tienerjaren; en in Metamorphosen blikt hij als tachtigjarige terug op zijn carrière en op de puinhopen van Duitsland in 1945.

De Serenade heeft nog niet de grilligheid en rusteloosheid die Strauss´ handelsmerk zou worden. Maar het klinkt ook absoluut niet als het werk van een zeventienjarige. Strauss, zoon van een professioneel hoornist, was als musicus nog ambitieuzer dan zijn vader. Maar aan zijn compositorisch talent werd getwijfeld tot hij deze Serenade presenteerde: een stuk dat duidelijk door de blazersserenades van Mozart geïnspireerd is en fraai gebruik maakt van de verschillende klankkleuren die de koper- en houtblazers kunnen realiseren.

Zo maagdelijk als de Serenade klinkt, zo beladen en tragisch werkt Metamorphosen. Zelfs als je de context niet weet doet de muziek luguber aan, mede door het kale klankpalet van enkel strijkers. Dit kan alleen maar afscheidsmuziek zijn – en inderdaad, het was 1945 en Strauss rouwde over de zelfdestructie van Duitsland. Aanleiding was de troosteloze aanblik van de platgebombardeerde operahuizen in München en Dresden, de steden waar hij zijn muziekcarrière had opgebouwd. ´Alles is weg´, schreef hij in zijn dagboek, ´ik ben wanhopig.´ Ondertussen had Strauss indirect zijn eigen aandeel in de verwoesting. Hoewel zelf geen nazi had hij in Hitler-Duitsland officiële functies bekleed en zich uitgebreid laten fêteren. Verzet bood hij alleen wanneer familieleden afgevoerd dreigden te worden of hij in zijn werk werd belemmerd. Alles voor de muziek, zo luidde zijn credo.

Zoals de titel aangeeft hoor je constant veranderende motiefjes; nergens lijkt de muziek tot rust te komen, met het effect van doelloos ronddwalen en ontroostbaar verdriet. Maar hoe emotioneel het stuk ook klinkt, Strauss werkte eerder ambachtelijk dan gevoelsmatig. Voor dit werk hergebruikte hij thema´s uit eerdere composities en leende hij het ´treurmars´-thema uit Beethovens Derde symfonie.

John Cage (1912-1992)
4´33¨ (1952)

Het stuk met de intrigerende titel 4´33´´ (oftewel: vier minuten en drieëndertig seconden) dateert uit 1952. De Amerikaanse avantgardist John Cage is de bedenker ervan – niet de componist, want het stuk bevat geen enkele gecomponeerde klank. Wel is er een partituur, en neemt er een musicus – of in dit geval een orkest – op het podium plaats. Maar er wordt niet gespeeld. Cage wilde dat de gespitste oren van het publiek zich zouden richten op de geluiden waaraan je normaliter geen aandacht besteedt: het geschuifel, de kuchjes, gedempte klanken buiten de concertzaal.

Natuurlijk veroorzaakte hij daarmee een schandaal – en er zal altijd publiek blijven dat zich belazerd voelt door die vierenhalve minuut ´niks´. Maar ongeacht de reacties, Cage maakte zijn punt: de grens tussen muziek en geluid is puur persoonlijk en geen vast gegeven.

Als twaalfjarige scholier had hij al voorgesteld dat Amerika, bij wijze van experiment, op een aangekondigd moment collectief moeten zwijgen ‘zodat je kunt horen wat in andere landen gezegd wordt’. Later, als componist, wilde hij zijn eigen ego volledig uitschakelen. In sommige werken bepalen de musici door het gooien van dobbelstenen welke noten ze spelen; in 4´33´´ maakte hij de luisteraars zelf tot componist en musicus. Het klinkt dan ook elke keer anders – en nu het concertleven bijna stilligt klinkt het symbolischer dan ooit.

Willem van Otterloo (1907-1978)
Serenade voor blazers, harp, celesta, piano en slagwerk (1944)
Marsch, Nocturne, Scherzo, Hymne

Als je de Serenade van Willem van Otterloo hoort vraag je je af waarom deze componist niet bekender is geworden: catchy muziek, kort en krachtig, lekker geïnstrumenteerd. De reden is dat Van Otterloo er geen prioriteit aan gaf; hij had de ´pech´ ook een uitstekend dirigent te zijn. In de jaren 1930 en ´40 componeerde hij een paar veelbelovende stukken, maar spoedig eisten zijn dirigentschappen al zijn tijd op. Hij leidde het Utrechts Symfonie Orkest van 1937 tot 1945, kreeg een dirigeerverbod omdat hij tijdens de oorlog onder zekere druk met de Duitse radio had samengewerkt, maar keerde tot vreugde van zijn musici en het publiek in 1946 op de bok terug. Toen hij eenmaal chef van het Residentie Orkest werd had hij voor componeren geen tijd meer. De Serenade, met vleugjes Ravel en snufjes jazz, is één van zijn laatste werken.

© Michiel Cleij 2020

Antony Hermus


Antony Hermus is sinds seizoen 2015/16 vaste gastdirigent van het NNO en fungeert daarnaast als vaste gastdirigent van Opera North in Engeland en artistiek adviseur van het Nationaal Jeugd Orkest. Hij studeerde piano bij Jacques de Tiège en orkestdirectie bij Jac van Steen en Georg Fritzsch. In 2003 werd hij benoemd tot Generalmusikdirektor van de stad Hagen, en van 2009 tot 2015 was hij Generalmusikdirektor van het Anhaltische Theater in Dessau en chef-dirigent van de Anhaltische Philharmonie. Hij dirigeerde onder meer het Koninklijk Concertgebouworkest, het Rotterdams Philharmonisch Orkest, het Nationaal Orkest van België, het Philharmonia Orchestra in Londen, de BBC Philharmonic in Manchester, het Orchestre de l’Opéra National de Paris, de Bamberger Symphoniker, het WDR-Rundfunkorchester Köln, het Orchestre de la Suisse Romande, de Melbourne Symphony en het Filharmonisch Orkest van Seoul. Daarnaast leidde hij operaproducties bij de Nederlandse Reisopera, de Opéra National de Paris, de Staatsoper Stuttgart, de Komische Oper Berlin, Göteborg Opera en de Opéra du Rhin in Straatsburg. Zijn dit jaar geplande debuut bij de English National Opera vond geen doorgang vanwege de coronapandemie.

Niks missen?

Wilt u op de hoogte blijven van al het concertnieuws, nieuwe muziek en meer? Of verrast worden door nieuwe video’s en interviews? Schrijf u dan in voor de digitale nieuwsbrief, en ontvang gemiddeld één keer per maand alles wat u niet mag missen van het NNO.

Ja, ik wil de nieuwsbrief ontvangen!

Steun het NNO


Het Noord Nederlands Orkest creëert met jouw hulp al decennialang schitterende muzikale werken met de steun van bezoekers en het bedrijfsleven. Weten hoe jij het NNO kunt steunen, zodat concerten zoals Hermus dirigeert Strauss & Van Otterloo blijven bestaan? Kijk dan hier voor meer informatie.